Sinds 20 mei 2018 moeten oldtimers in Vlaanderen verplicht naar de periodieke keuring. De periodiciteit hangt af van de leeftijd van het voertuig. Sommige trage voertuigen krijgen wel een vrijstelling. Voor reeds ingeschreven oldtimers geldt een overgangsperiode.

Welke voertuigen?

De periodieke keuring waarover sprake, is vanaf nu verplicht voor voertuigen van categorie M, N, O, Tb (> 40 km/u) die meer dan 25 jaar in gebruik zijn én die ingeschreven zijn onder een O-kentekenplaat of een gepersonaliseerde kentekenplaat met een O-vignet.

Vrijstellingen

Sommige voertuigen met een O-kentekenplaat of gepersonaliseerde kentekenplaat met O-vignet zijn vrijgesteld van de periodieke keuring. Het gaat om ‘voertuigen voor traag vervoer’ en ‘voertuigen uitgerust met rupsbanden’.

Volgens het KB van 15 maart 1968 met de technische voertuigeisen omvat ‘een voertuig voor traag vervoer’

  • ‘ieder motorvoertuig dat, wegens zijn constructie en oorsprong, een nominale maximumsnelheid van ten hoogste 40 km/h kan bereiken. Elke verbouwing die voor gevolg heeft dat deze maximumsnelheid kan worden overschreden, ontneemt aan dergelijk voertuig zijn hoedanigheid van voertuig voor traag vervoer en;
  • elke aanhangwagen die uitsluitend door dergelijke voertuigen wordt getrokken’.

Zo vallen dus bijvoorbeeld land- en bosbouwtrekkers op wielen die ontworpen werden voor een snelheid gelijk of lager dan 40 km/u (categorie Ta) én ingeschreven zijn onder een O-kentekenplaat, buiten het toepassingsgebied. Net zoals landbouw- en bosbouwtrekkers op rupsbanden (categorie C) en landbouw- en bosbouwaanhangwagens (categorie R).

Periodiciteit

De periodiciteit van de keuring hangt af van de leeftijd van het voertuig. Algemeen geldt: hoe ouder het voertuig, hoe minder frequent de periodieke keuring.

Concreet:

  • voertuigen vanaf 25 jaar en jonger dan 30 jaar: normale periodiciteit (bv. jaarlijks voor personenwagens);
  • voertuigen vanaf 30 jaar tot en met 50 jaar: vóór de inverkeerstelling en nadien iedere 2 jaar;
  • voertuigen vanaf 51 jaar: vóór de inverkeerstelling en nadien iedere 5 jaar.

Voor voertuigen die vanaf 20 mei 2018 worden (her-)ingeschreven of onder een O-kentekenplaat of een gepersonaliseerde kentekenplaat met O-vignet, geldt de datum van de technische keuring als referentiedatum voor de periodieke keuring.

Reeds ingeschreven oldtimers

Voor oldtimers die al voor 20 mei 2018 waren ingeschreven, is de referentiedatum voor de periodieke keuring: de dag en maand van de datum van de eerste inverkeerstelling. Dat is de datum van eerste inschrijving van het voertuig in België of in het buitenland, of de vermoedelijke datum van eerste ingebruikname in gevallen waarin deze verschilt van de datum van eerste inschrijving.

De datum van de eerste periodieke keuring wordt concreet als volgt bepaald:

  • voertuigen van 25-30 jaar: voertuigen die minder dan 30 jaar geleden in verkeer zijn gesteld (behalve de voertuigen voor traag vervoer en voertuigen uitgerust met rupsbanden), worden vóór de dag in 2019 waarop ze respectievelijk 26, 27, 28 of 29 jaar geleden in het verkeer zijn gesteld, aangeboden voor periodieke keuring;
  • voertuigen vanaf 30 jaar: voertuigen die ten minste 30 jaar geleden in verkeer zijn gesteld (behalve de voertuigen voor traag vervoer en voertuigen uitgerust met rupsbanden), worden vóór de dag in 2020 waarop ze 30 jaar of meer geleden in verkeer zijn gesteld, aangeboden voor periodieke keuring.

Bron: Polinfo.be

 

 

Vanaf 01-06-2018 zal de EID bij verlies of diefstal onmiddellijk geannuleerd worden. D.w.z. dat er geen schorsing meer is van de elektronische functies van het identiteitsdocument gedurende 7 dagen, maar wel een onmiddellijke intrekking van de elektronische functies. Dit wil zeggen dat je steeds een nieuw identiteitsdocument zal moeten aanvragen eens je aangifte deed van verlies, diefstal of vernietiging van je kaart.

Wat te doen bij verlies/diefstal/vernietiging van je EID of kids-ID?

Je meldt zelf het verlies, de diefstal of de vernietiging van je kaart onmiddellijk aan Helpdesk DOC STOP om misbruik te voorkomen. Info via www.docstop.be.


 

 

 


1/ Je bezit een EID of Kids-ID (Belg)

Je meldt je eerst aan bij het gemeentebestuur. Je krijgt een vervangdocument (bijlage 12 of bijlage 6).

Doorverwijzing naar politie enkel:

  • in geval van diefstal;
  • in geval van verlies buiten de verblijfplaatsgemeente;
  • indien het gemeentehuis gesloten is.

Eventuele verlenging van bijlage 12 of 6 kan enkel bij gemeente, niet bij de politie.

2/ Je bezit een vreemdelingenkaart of ander verblijfsdocument (niet-Belg)

Altijd doorverwijzing naar politie. De politie maakt de nodige documenten op.    

 

 

Je kan het bijna niet gemist hebben en je inbox puilt waarschijnlijk uit van de mails hieromtrent: morgen 25 mei 2018 gaat de nieuwe privacywet, GDPR, in voege. GDPR staat voor General Data Protection Regulation, of in het Nederlands: Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). De nieuwe Europese regelgeving vervangt de huidige Belgische privacywet.

GDPR? AVG?

GDPR gaat over het beheer en de beveiliging van persoonlijke gegevens van Europese burgers. Als organisatie moet je vanaf mei 2018 kunnen aantonen welke persoonsgegevens je verzamelt, hoe je deze data gebruikt en hoe je ze beveiligt (of je dit nu in een datacenter of in de cloud buiten de EU beheert). De basisbeginselen van de gegevensbescherming worden uitgelegd op de website gdpr-eu.be/wat-is-gdpr/ en algemene informatie vind je op www.privacycommission.be.

Concreet?

Onze politiezone beschikt over een Data Protection Officer (DPO) die controleert of we voldoen aan de regelgeving en ons informeert en adviseert. Hij/zij is ook jouw aanspreekpunt voor vragen i.v.m. de bescherming van je eigen persoonsgegevens. Daarnaast hebben we een privacybeleid dat uitgeschreven is in een aantal duidelijke regels.

Je hebt eveneens het recht om kennis te nemen van de persoonsgegevens die de politiezone van jou verwerkt. Je kan steeds vragen om deze gegevens te verbeteren of aan te vullen, te verwijderen of de verwerking te beperken. Als je van mening bent dat je privacy geschonden is kan je een klacht indienen bij de Gegevensbeschermingsautoriteit.

De volledige verklaring kan je terugvinden onder Info > Privacy in het vierkant rechts.

 

In Stabroek is het zesde BIN of buurtinformatienetwerk opgestart. De oprichting van BIN Attenhoven werd afgelopen week officieel ondertekend op het gemeentehuis van Stabroek in aanwezigheid van de burgemeester, de coördinator van het BIN en onze wijkagenten Véronique en Patrick.


Verhoogd veiligheidsgevoel

Een buurtinformatienetwerk is een samenwerking tussen burgers en politie waarbij meer veiligheid in de buurt centraal staat. Door de burgers zelf te betrekken bij de veiligheid in de omgeving, willen we de waakzaamheid en preventie in de buurt aanwakkeren, het samenhorigheidsgevoel versterken en zo de veiligheid verhogen. De buurtbewoners worden zich er bewust van dat het belangrijk is om snel melding te maken van verdachte situaties of personen.


Meld verdachte situaties of gedragingen

Zie je een verdachte situatie in je buurt, bel dan de politie. Wij gaan na wat er aan de hand is en verspreiden een BIN-bericht via de telefoon aan de aangesloten inwoners van het buurtinformatienetwerk. In het BIN-bericht kunnen we oproepen tot extra waakzaamheid of opmerkzaamheid, vragen naar nuttige informatie of soms louter preventief werken.


Al 19 BIN’s en het kunnen er nog meer worden

In Stabroek bestaan er nu zes BIN’s. In Kapellen zijn er al dertien. Daarmee is al een groot deel van politiezone Noord gedekt. Je aansluiten bij een BIN is gratis. Om lid te worden van een bestaand BIN neem je contact op met je wijkagent. Het initiatief voor een BIN ligt bij de burgers. Je kan dus ook een nieuw netwerk opstarten. Neem hiervoor ook contact op met je wijkagent.

 

 

De benaming “Hulpcentra 100/112” (HC100/112) stamt uit een ver verleden waar de nummers 100 en 112 nog naast mekaar bestonden. De FOD Binnenlandse Zaken promoot echter al jaren  niet langer het nummer “100” voor ambulance en brandweer. Het is dus tijd om de benaming van deze centra voor dringende hulpverlening aan te passen aan de realiteit van vandaag en daarom gaan deze centra vanaf nu door het leven als “Noodcentrales 112 (NC 112)”.

Oproepen naar 100 nemen af

We merken de laatste jaren dat het aantal oproepen naar 112 blijft stijgen en dat het aantal oproepen naar 100 gevoelig en systematisch afneemt. De toevoeging 100 behouden in de naam van de centra die instaan voor dringende medische hulpverlening en dringende brandweerhulp kan verwarring scheppen en dus is het beter om dit weg te laten. In de achtergrond blijft het nummer 100 wel nog actief en als je dit nummer belt, zal je nog altijd in de noodcentrale 112 terecht komen.
 
Bij het aannemen van een oproep zullen de operatoren dus niet langer zeggen “Hulpcentrum 100. Ambulance en brandweer.” maar zullen ze opnemen met “Noodcentrale 112. Ambulance en brandweer.”


Dringende hulp van de politie = 101!

Bel voor dringende politiehulp altijd het nummer 101! Als naar het noodnummer 112 belt voor de politie, word je doorgeschakeld naar het noodnummer 101. Hierdoor kan er kostbare tijd verloren gaan. We raden je daarom aan om voor dringende politiehulp rechtstreeks het noodnummer 101 te bellen.

 

 

Je kreeg een mooi aanbod per telefoon, maar je weet niet wie belde of hoeveel het kost? Dan is de kans groot dat je werd opgebeld door een oplichter.
Heel wat consumenten komen in contact met onbetrouwbare televerkopers. Zo ontving de FOD Economie in 2017 meer dan 5.400 meldingen over misleidende telefoontjes, gemiddeld 15 meldingen per dag, en gingen in datzelfde jaar 1 op de 5 klachten bij het Europees Centrum voor de Consument over deze praktijken.
Vier tips om een oplichter aan de telefoon te ontmaskeren
 
Maakt de verkoper zich bekend? 

Een televerkoper is verplicht zijn identiteit en de onderneming waarvoor hij belt, kenbaar te maken aan het begin van het gesprek. Hij moet ook duidelijk maken dat het telefoongesprek bedoeld is om iets te verkopen.


Is het aanbod van de verkoper duidelijk?

Geeft de verkoper weinig informatie over de eigenschappen, de prijs of de duur van de overeenkomst, vraag dan om meer details. Misleidende telefoontjes gaan meestal over gratis aanbiedingen, kortingsbonnen of proefpakketjes om een product eerst uit te testen.


Staat de televerkoper op de lijst van ondernemingen die al gemeld zijn? 

Check of de naam van de onderneming die je opbelt op de lijst van ondernemingen staat waarover de FOD Economie en het Europees Centrum voor de Consument al meldingen ontvingen. Wees uiterst voorzichtig met aanbiedingen van de ondernemingen die op die lijst staan. Staat de onderneming niet op de lijst, dan betekent dat niet noodzakelijk dat het aanbod veilig is, want telefonische oplichters wisselen vaak van naam.


Heb je een schriftelijke bevestiging gekregen? 

Een televerkoper is verplicht om een bevestiging te sturen, per e-mail of per post. Die bevestiging moet alle informatie geven over het aanbod en over uw recht om van de aankoop af te zien. Stuur meteen een antwoord als je niet geïnteresseerd bent in het aanbod. Let op: de bevestigingsmail komt soms terecht in de map met ongewenste e-mails. Als je onlangs een televerkoper aan de lijn had, kan je de e-mails in deze map best in het oog houden.
 
Kreeg je een verdacht telefoontje?

Meld het dan aan de FOD Economie via meldpunt.belgie.be en bij het Europees Centrum voor de Consument wanneer het bedrijf dat belde zich in een ander Europees land bevindt.

Subcategories

Jaarverslag

Organigram

Zonaal veiligheidsplan

Directiecomité / secretaris

Korpschef

Politiecollege

Politieraad

Onze zone